Het citaat uit de Talmoed: “God wil het hart”, verwijst naar de meest innerlijke dimensie van dit orgaan, niet naar zijn functie als bloedpomp. Die meest innerlijke dimensie heeft een landingspunt op een plek die de geheime kamer van het hart wordt genoemd. Verschillende mystieke teksten, uit verschillende mystieke tradities, spreken over deze kamer. Rumi heeft het vaak over de werelden die in het hart huizen, maar ook in de Chandogya Upanishad uit de Vedische traditie, een tekst die gedateerd wordt op 600 voor Christus, vind je een poetische, nauwkeurige beschrijving:
Wanneer iemand tegen je zegt:
“In de versterkte stad van het onvergankelijke,
ons lichaam, vind je een lotus
en in deze lotus vind je een minieme ruimte:
Wat bevat deze ruimte dat iemand
het verlangen zou moeten koesteren het te kennen?”
Je moet dan antwoorden:
“Zo uitgestrekt als de kosmische ruimte is
deze minieme ruimte in je hart:
hemel en aarde worden erin gevonden,
vuur en lucht, zon en maan,
bliksem en de sterrenbeelden,
al wat je hier beneden toebehoort
en alles wat dat niet doet,
dit alles is verzameld in die minieme ruimte in je hart.”
Die ruimte is een fysiek punt, wat daar huist is je fysieke aanhechting op Bron. Wanneer je dit punt binnengaat met je bewustzijn en het activeert, activeer je het zogenaamde web van juwelen: een metafoor die ook uit de Vedische traditie komt. Het web van juwelen wordt gevormd wanneer ieder bewustzijnspunt zich gereflecteerd ziet in alle andere bewustzijnspunten en op haar beurt alle andere bewustzijnspunten reflecteert, tot aan Bron. Het draagt een frequentie, een trilling, die geluid geeft. Dat geluid is AUM of OHM. In deze ruimte weet je je intiem met alles en iedereen in bestaan, en communiceer je direct vanuit het hart. Deze communicatie gaat dwars door tijd en ruimte heen. Het is van een ongelooflijke directheid en schoonheid.
Een mede soefie en (bijna) tijdgenoot van Rumi, Mahmoud Shabistari, schreef het volgende over deze heilige ruimte in het hart:
Ieder deeltje van de wereld is een spiegel
In ieder atoom vind je het schitterende licht
van duizend zonnen.
Splijt het hart van een regendruppel,
honderd zuivere oceanen zullen voortstromen.
Kijk aandachtig naar een zandkorrel,
het zaad van duizend dingen kan gezien worden. ..
In de pulp van een gierstzaadje
kan een volledig universum gevonden worden.
In de vleugel van een vlieg,
een oceaan van wonderwerken;
In de pupil van het oog, een eindeloze hemel.
Hoewel de innerlijke kamer van het hart klein is,
de Heer van beide werelden
maakt er graag zijn thuis.
De befaamde Engelse dichter en mysticus William Blake sprak vanuit diezelfde ruimte toen hij schreef:
Een wereld zien in een korrel zand.
En een hemel in een wilde bloem.
Houd de oneindigheid in de palm van je hand
en de eeuwigheid in een uur.
Het betreden van deze minieme ruimte is alleen mogelijk wanneer je geen emotionele trauma’s draagt, voor de westerse mens in de 21e eeuw geen sinecure. Dat komt omdat de frequentie van deze ruimte, die je het best kan omschrijven als zuivere liefde, alle emotionele pijn in een moment naar de oppervlakte brengt. Ons instinctmatige zelf wil daar ogenblikkelijk van weg, waardoor je de ruimte niet kunt betreden. Ontladen van pijn, van trauma, is dus nodig om de zuivere liefdesfrequentie te kunnen (ver)dragen.
Wanneer dit is gebeurd, komt je in het proces van ontsluiten en ontvouwen: het ontsluiten van het web van juwelen, ofwel het liefdes/scheppingsveld, waarna het oneindig tedere proces van je ontvouwen in alle werelden begint.